Mooi vormgegeven boeken met een culturele, historische of literaire insteek
De Operstehong van Welten

De Operstehong van Welten

Jaarboek Os Heem 1 (2011)

Mark van Dijk

ISBN9789079226061
Aantal pagina's56
UitgavePaperback
UitgeverLeon van Dorp
€5.00

In 1858 stond Welten op. De priester Frans Leonard Stassen werd de eerste zielzorger van het nieuwe rectoraat Welten. Dat werd feestelijk gevierd en bracht het aloude kerkdorp nieuw zelfvertrouwen en elan. De Limburger Courier, een Heerlense courant, drukte bij deze gelegenheid een jubelrijm af: ‘De Operstehong van Welten’.

In 2011 kwam een tweede wederopstanding tot stand. Een vergeten, maar heus Weltens appelras werd opnieuw aangeplant in de boomgaard van de hoogstamfruitboomvereniging De Loorenhof.
En eigenlijk was er ook een derde operstehong. Het verenigingsblad van de heemkundevereniging Welten-Benzenrade, eens een kleine kwartaaluitgave, herrees uit zijn as in de vorm van … een heus jaarboekje.

In deze uitgave is gekozen voor een samenbindende titel: ‘De Operstehong van Welten’. Twee doorwrochte en geannoteerde historische artikelen behandelen twee voorbeelden van wederopstanding. Deze zijn aangevuld met twee authentieke verhalen uit Welten en Benzenrade, gevonden in de collectie van dhr. Dohmen in Rijckheyt, centrum voor regionale geschiedenis in Heerlen (voorheen Stadsarchief).

Een deel van de illustraties is in kleur: negentiende-eeuwse afbeeldingen van de Weltense appel.

Recent verschenen

Een Heerlense ziel
Een Heerlense ziel Het dagboek van scholier Jef Oostwegel 1933,1934
Auteur

Camille Oostwegel sr.

DagboekJa, pubers, leer ze mij kennen. Ik was een nakomeling van zes broers die allemaal achtereenvolgens de puberteit doormaakten. Moeilijke knapen, gierende hormonen. Het is ook allemaal te lezen in het dagboek van de jonge Jef Oostwegel. Toch heb ik nooit een jongen gekend die ‘dagboek’ schreef. Wat bezielde hem om dat wel te doen? Bij de eerste pagina begint hij heel dreigend: Wie zich de brutaliteit veroorlooft de inhoud hiervan door te lezen is de grootste schoft die ik ooit in m’n leven ontmoet heb en zal ontmoeten. Toch laat hij 3 januari zijn dagboek al aan een vriend lezen.Ofschoon hij schrijft in 1933 en 1934 is voor mij nog veel herkenbaar. Het dagelijks naar de kerk gaan. Goede Vrijdag geen vlees eten. De zondagen, ook gevuld met mis en vesper. Herkenbaar dus.Hij moet wel een bijzondere belangstelling voor film hebben gehad want hij gaat vaak met vrienden of alleen naar de bioscoop en vindt het belangrijk dat te noteren. Om ‘de ­namen van de film altijd als een herinnering voor later, als dit manuscript eens zijn waarde zal hebben.’ De titels, de acteurs en soms geeft hij in het kort zijn mening.Het puberale verlangen naar een vriendin is ontroerend evenals de verlegenheid om zo’n meisje aan te spreken. Het komt vaak voor in dit dagboek. Op 14 mei zit hij naast Nora aan de communie­bank waar hij ‘de stroom die van haar uitgaat tot in de dikke teen voelt.’Maar na een paar maanden merkt hij dat de dagelijkse aantekeningen spanning missen. Die twijfel komt wel vaker terug. Zo ook op 10 juni. ‘Het is iedere dag hetzelfde.’ Bij herlezing wordt hij beroerd van zijn eigen gezwam.Ja. meisjes, avontuur met vrienden, uitgaan, dat is wat een puber wil en dat wil hij ook. Genieten van vakantie en de pest in hebben als die weer voorbij is. De lessen, de leraren, het komt allemaal voorbij met zijn commentaar.Maar op 13 november besluit hij te stoppen met het dagboek om op 18 mei 1934 weer te beginnen maar dan heeft hij ‘alle liefde uit zijn hart verbannen.’ Dat zal niet lang duren. Daar is dit puberale hart te onrustig voor. Maar ondanks zijn dreigement aan het begin van dit dagboek zal met de publicatie zijn diepste wens toch vervuld worden.Het is een interessant tijdsbeeld van jongeren in de vroege vorige eeuw.Rosalie Sprooten, schrijfsterJa, vadersOh, die vadersZe gaan heen, maar ook weer niet want ze keren gauw terug. En ze komen in je dromen, ze komen wanneer je verdrietig bent, wanneer je raad nodig hebt en onverwachts vind je hun schriften in een la, in een kast, waar men denkt dat ze verloren zijn gegaan.Ze zijn niet verloren gegaan, ze komen altijd terug.Geloof je me niet? Blader dan door de schriften van de vader van Camille.Laat ze gaan, laat ze komen.Mijn salam voor hen allemaal en de dierbare van Camille.Kader Abdolah, schrijver